Categorieën
Geschiedenis Geschiedenis 1961-1970

Apotheek sluit de deuren

In Betondorp is de consternatie groot wanneer in februari 1966 de enige apotheek, de Landbouwapotheek, aankondigt de deuren te gaan sluiten. Dit heeft te maken met nieuwe wetgeving op het gebied van inrichting van apotheken: voortaan heeft een apotheek maar liefst zeven verschillende af te scheiden ruimtes nodig. Dit is veel te duur voor de bestaande apotheek in verhouding tot het geringe aantal gebruikers: Betondorp kent dan ongeveer 4.000 bewoners.

De apotheek heeft het zo lang vol weten te houden omdat een groot aantal personen uit Diemen er gebruik van maakte. In Diemen is echter de bestaande apotheek nu wel uitgebreid en van alle moderne gemakken voorzien. Dat betekent dat de Landbouwapotheek zich niet langer weet te handhaven. Op het adres blijft het voorlopig nog wel mogelijk enkele uren per dag medicijnen op te halen.

Categorieën
Geschiedenis Geschiedenis 1961-1970

Te oud voor Ajax

Op een instuif van Ajax in mei 1966 vraagt een verslaggever aan de jeugdtrainer van Ajax, Piet Koekebakker, waarom dit nieuwe evenement – waar 180 jonge voetballers uit het hele land op afkomen – voor de eerste keer is georganiseerd.

“We hebben geen achterland meer,” geeft Koekebakker als antwoord. “Betondorp is te oud geworden. We zullen het straks van de Bijlmermeer moeten hebben.”

Categorieën
Geschiedenis Geschiedenis 1951-1960 Geschiedenis 1961-1970

Valsheid in geschrifte

Uit De Tijd, 25 mei 1967

Boete (f250) voor kapelaan en penningmeester

AMSTERDAM, 25 mei – De rechtbank heeft de 41-jarige kapelaan W.F. van der K. uit Alkmaar wegens valsheid in geschrifte, meermalen gepleegd, veroordeeld tot f 250,- boete subs. 25 dagen hechtenis. Tot dezelfde straf en voor hetzelfde feit werd de 41-jarige penningmeester van de katholieke vakantieschool “Licht en lucht”, J. van de H. uit Amsterdam veroordeeld.

De kapelaan was van 1958 tot 1963 in de “Christus Koning” parochie in Betondorp geestelijk adviseur en directeur van de vakantieschool geweest. In die periode had hij de exploitatierekeningen mede ondertekend, wetende dat daarin voorkomende gegevens niet juist waren. De penningmeester had uitgaven vermeld die niet waren gedaan en de opbrengst van collecten lager geboekt dan zijn waren geweest. Het oogmerk voor deze valse boekingen was geweest het verkrijgen van een grotere subsidie van de centrale bond van katholieke vakantiescholen en de gemeente Amsterdam. Dit bleek echter zinloos te zijn geweest. Tegen de kapelaan was een boete van f 200 plus twee maanden gevangenisstraf voorwaardelijk en tegen de penningmeester een boete van f 100 en een maand voorwaardelijk geëist.

Categorieën
Geschiedenis Geschiedenis 1961-1970

Voetbalvereniging Watergraafsmeer in ernstige moeilijkheden

Voetvereniging Watergraafsmeer (1911) onder voorzitterschap van Jo Jaspers zit in 1968 in ernstige moeilijkheden, aldus een artikel in de Sportkroniek. Waar de voetbalclub altijd voor 80% op jonge inwoners van Betondorp was aangewezen, zijn deze inmiddels bijna allemaal verdwenen. Er wonen bijna alleen nog maar bejaarden in Betondorp. De club, die uit 1912 dateert, is in een noodlijdende situatie terechtgekomen. Voor jeugdige voetballers uit de rest van Amsterdam Oost zijn de velden van voetbalclub Watergraafsmeer te ver. Die gaan naar OVVO, Zeeburgia of TOG.

In 1974 zal VV Watergraafsmeer – dat overigens niets te maken heeft met het Watergraafsmeer waar JOS later mee zal fuseren – samengaan met TDW Centrum (Training Doet Winnen) – dat zelf een fusie is van TDW (1928) en ’t Centrum (1939). De nieuwe naam wordt FC Amstelland. Dit FC Amstelland gaat in 2008 op zijn beurt weer een fusie aan met FC Amsterdam United en heet sindsdien FC Amsterdam. Het is maar dat u het weet.

Categorieën
Geschiedenis Geschiedenis 1961-1970

Badhuis of Mormonenkerk

In de jaren zestig wordt steeds meer geklaagd over de staat van de voorzieningen. In de Waarheid van 14 maart 1969 wordt daar uitgebreid aandacht aan besteed. We nemen het artikel volledig over.

IN BETONDORP WONEN VEEL BEJAARDEN

Maar voorzieningen laten op zich wachten

(van een van onze verslaggevers)

De bevolking van Tuindorp Watergraafsmeer, ofwel Betondorp zoals het doorgaans wordt genoemd, bestaat voor het merendeel (circa 60 procent) uit bejaarden. Als men het dorp vanaf de Middenweg binnenrijdt is dat al te merken: er spelen minder kinderen op straat dan in de meeste andere volksbuurten en ook auto’s komt men minder vaak tegen. Er heerst een opmerkelijke rust en hier en daar ziet men een Betondorper van hoge leeftijd zijn wandelingetje maken. Grijs is dus niet alleen de kleur van de gevels van de uit beton opgetrokken woningen die in een groot deel van eht dorp staan, het is eveneens de kleur die van toepassing is op de bevolking.

Een dergelijke concentratie van bejaarden in één buurt schept de mogelijkheid voorzieningen te treffen, waarmede het de ouden van dagen mogelijk wordt gemaakt, zo lang mogelijk zelfstandig te blijven wonen. Tot nu toe ontbreken deze voorzieningen echter, zelfs de meest elementaire. Het kost de bejaarde Betondorpers dan ook geen enkele moeite daar een boekje over open te doen. Het verzorgingspeil – zoals dat officieel wordt genoemd – voor de bejaarden in Betondorp staat op een laag pitje.

In een van de betonnen huisjes op de Brink, het plein dat de kern van het dorp vormt, woont het bejaarde echtpaar Terpstra. “Het is hier een rustige en fijne omgeving om in te wonen. Behalve op de zondagen als Ajax thuis speelt en het hele dorp vol staat met geparkeerde auto’s heerst hier een grote rust. De huizen zijn laag en er is ook nog genoeg frisse lucht. Maar op het gebied van bejaardenvoorzieningen is het in Betondorp droef gesteld”, aldus de heer Terpstra, die lid is van de actieve afdeling 8 van de bejaardenbond.

“Terwijl er in alle oudere huizen een badcel ontbreekt, voor zover de mensen die niet voor duur geld zelf hebben laten maken, is er in het hele dorp met zijn vele bejaarden geen badhuis. We zijn er nu al dertig jaar over bezig, maar tot nu toe is het op niets uitgelopen. Er was wel een mooie plaats waar een badhuis had kunnen staan, op de Zaaiersweg. Nu staat er op die plek een Mormonenkerk, terwijl er in heel Betondorp waarschijnlijk geen Mormoon woont. Maar er is nog een prachtige plaats waar een badhuis gebouwd zou kunnen worden, hier midden in het dorp.”

Dit zeggende wijst de heer Terpstra door het raam naar een oud en versleten gebouw, dat in kennelijke staat van verval verkeert en waar vroeger de openbare leeszaal en bibliotheek gehuisvest is geweest.

Het gebouw staat daar nu al lange tijd nutteloos en een badhuis is er nog aldoor niet gekomen. Als de heer Terpstra naar het badhuis wil moet hij geen en weer met de tram naar de Linnaeusstraat, wat voor deze bejaarde man – en zijn vele leeftijdsgenoten van om en nabij de tachtig – niet alleen een hele onderneming is maar hen ook nog op extra kosten jaagt.

Een ander grief van veel bewoners van Betondorp is het ontbreken van een permanente apotheek.

“Er is hier alleen maar een hulpapotheek, die enkele uren van de dag – ’s morgens van negen tot half elf en ’s middags van vier tot zes uur – geopend is. Daar kan je de ene dag het doktersrecept brengen om de volgende dag de medicijnen in ontvangst te nemen. Komt de dokter op vrijdag en je levert direct daarna het recept in, dan krijg je de medicijnen pas op maandag. Voor spoedgevallen moeten we helemaal naar Diemen”, zo vertelt de heer Terpstra hier en daar bijgevallen door zijn vrouw.

Beiden zijn zij van mening dat juist in een stadsdeel als Betondorp waar veel bejaarden wonen, met veel kans op zieken, een permanente apotheek een eerste vereiste is.

Ook het ontbreken van een wasserette in de buurt wordt als een groot gemis beschouwd. Toen er onlangs in Betondorp een winkel leeg kwam te staan groeide de hoop, dat er eem wasserette in zou komen. Immers juist de bejaarden kunnen zich de aanschaf van een wasautomaat niet permitteren en bovendien zou zo’n duur apparaat niet rendabel zijn voor de klein bejaardenhuizen. In plaats van de wasserette kwam echter een galanteriewinkel.

Onvoldoende comfort

Bij het ontbreken van deze elementaire voorzieningen komt ook nog dat de woningen zelf, die voor een belangrijk deel gemeentebezit zijn, involdoende op bejaarden afgesteld comfort bezitten.

“Natuurlijk zou ik graag een balconnetje of een waranda hebben,” zo vervolgt de heer Terpstra, maar daar doel ik nog niet eens op als ik spreek over comfort. Wel het feit dat er bijvoorbeeld geen speciale opbergruimte voor kolen is. In sommige huizen in Nieuw West gaan de kolen van buitenaf in speciaal daarvoor bestemde opslagplaatsen. Hier moet de kolenman door het hele huis om zijn vracht op zolder te storten. Als hij weer weg is moet mijn vrouw, die aan evenzichtstoornissen lijdt, dagenlang werken om het huis weer schoon te krijgen. Voor elk kitje kolen moet je naar boven.”

Zo was het voor de heer Terpstra tot voor kort ook nog. Hij kon er op den duur niet meer tegen op. Trots toont hij ons de gashaard, die hij zich een paar maanden geleden van het laatste opgespaarde geld heeft aangeschaft. Eigenlijk kon het er niet vanaf.

“Hoeveel bejaarden zijn er die dat niet kunnen doen? De meesten, en daar zijn er onder, die al jaren op een verzorgingslijst staan voor een verzorgingshuis, vanwege hun lichamelijke toestand. Zij moeten met hun kitjes kolen blijven sjouwen. Kan daar nu niet wat aan veranderen? Ik denk bijvoorbeeld aan een financiële bijdrage van de gemeente bij aanschaf van een gaskachel, zoals de CPN-raadsfractie heeft voorgesteld. Nog beter zou het aanleggen van een centrale verwarming in de gemeentewoningen zijn. Dat doen verschillende woningbouwverenigingen in andere stadsdelen trouwens al lang.

De bejaarden van Betondorp hebben nog wel meer verlangens. Een daarvan is het tot standbrengen van een verzorgingscentrum, dat de zelfstandig wonende bejaarden, waarvan velen hoogbejaard genoemd mogen worden, hulp, advies en bijstand verleent.

Van de kant van het gemeentebestuur heeft men toegezegd grotere aandacht aan de bejaarden in Amsterdam te zullen besteden. De voor bejaardenzorg verantwoordelijke wethouder Bootsma (AR-CHU), hoeft niet lang te zoeken, waar hij beginnen moet. De bejaarde bewoners van Watergraafsmeer zullen hem graag vertellen waar hij onmiddelijk mee kan beginnen.

Het Badhuis, waar hierover gesproken wordt, staat daadwerkelijk op het politiek programma. Aanleiding is een de uitkomst van een onderzoek dat in januari 1969 openbaar wordt en waaruit blijkt dat het inbouwen van douchecellen in de woningen in Betondorp een erg moeilijke en dure opgave zal zijn. Zoals bekend is het Badhuis er uiteindelijk niet gekomen en zijn de meeste (alle?) woningen bij renovatie uiteindelijk toch van een douchecel voorzien.

Categorieën
Geschiedenis Geschiedenis 1961-1970

Betondorp tegen huurverhoging

De huurverhoging van 6% – “de zes procent van Schut”, zoals het communistische dagblad de Waarheid schrijft – die in 1969 dreigt voor veel bewoners in oude stadswijken doorgang te vinden, stuit op veel verzet. In Betondorp worden door drie enqueteurs 240 huurders bezocht die expliciet huurverhoging hebben geweigerd. Slechts 13 van de gevallen vindt de huur verhoging redelijk, aldus de heer L. Wildeman, voorzitter van de gezamenlijke huurdersverenigingen en -comité’s in Amsterdam in de krant van 13 april 1969

Categorieën
Geschiedenis Geschiedenis 1961-1970

Carrilon in Betondorp

Het gouden jubileum van de Nederlandse Klokkenspelvereniging in 1969 brengt wat teweeg, onder andere een toernee van een rondreizend carillon door de Amsterdamse buitenwijken. De reizende beijaard bestaat uit 35 klokken in drie octaven, die eigendom is van de firma Petit & Fritsen uit Aarle-Rixtel. Bespeler is Mr. Romke de Waard. Op dinsdag 17 juni 1969 staat het geheel dan ook om 19.15 uur op de Brink. Het carillonconcert duurt een half uur, waarna het geheel afreist naar Ransdorp, waar het volgende concert gegeven wordt.

Categorieën
Geschiedenis Geschiedenis 1961-1970

Nee, het is mijn broer

Uit het Vrije Volk van 12 november 1969

Lijkbezorging destijds

Ik weet niet of in het Betondorp, Ploegstraat 57, nog steeds wekelijks mannen aan de deur komen om contributie te innen. Waarschijnlijk kost tegenwoordig het betalen van zo’n man meer dan de paar dubbeltjes die hij ophaalt. Ook is de welvaart zo toegenomen, dat meer mensen dan vroeger zich kunnen veroorloven per giro te betalen, of maandelijks, of jaarlijks.

Bij ons kwamen veel van die mannen aan de deur. Voor het dagblad ‘De Tribune’ moest elke week geld aan de ‘loper’ worden gegeven. En dan had je de contributies: de CPH, de IAH, de IRH, de VVVC, later VVSU. En tenslotte het ziekenfonds en de lijkverbranding […].

De man herinner ik me niet meer. Ik weet alleen dat hij kleiner van stuk was dan de ziekenfondsman. Hij bracht ons bovendien het blad van de ‘Arbeidersvereniging voor lijkverbranding’ met de toepasselijke naam ‘De Urn’. Hierin stond iedere keer hoeveel nieuwe leden er bijgekomen waren in een rubriek die meen ik ‘Ons groeiend staatje’ heette. Er hing een merkwaardige sfeer van blijmoedigheid om de hele vereniging. Dan was er de rubriek ‘Begraafplaatsenwee’ waarin kwaad werd gesproken van de concurrentie. Ik las die rubriek graag: in het grondwater rottende kisten, oneerbiedig op een hoop gesmeten knekels bij het ruimen van graven of het opheffen van een begraafplaats.

Ik geloofde toen aan lijkverbranding, zoals ik ook aan de CPH, de IAH, de IRH en de VVSU geloofde. Het was immers veel aardiger om als je dood was keurig verast te worden dan in de grond te liggen rotten en door de wormen te worden gegeten. Pas veel later begon ik iets in die wormen te zien. Het is toch eigenlijk lang niet gek, denk ik nu, om in de grond liggend, in de ‘vochtige aarde’ zoals de Russen dat noemen, met enig gras en bomen en de hemel boven je, langzaam tot humus te worden. Beter dan in een oven, met alle associaties van dien, tot as te worden gemaakt, die dan in zo’n urn op de schoorsteenmantel kan staan. Onze dokter Timmermans, had eens aan een patiënt gevraagd, toen hij zo’n urn zag staan: “Heeft u dat met voetballen gewonnen?” “Nee, het is mijn broer”, had de man volgens het verhaal geantwoord.

Categorieën
Geschiedenis Geschiedenis 1961-1970

Tokkie versus Jacobse: Ajax naar Olympisch Stadion

Nu Ajax op Europees niveau zulke mooie resultaten laat zien, zoals deelname aan de Europese finale in 1969 – die overigens met 4-1 van AC Milan verloren wordt – gecombineerd met het groeiend autobezit van de gemiddelde Nederlander, wordt de parkeersituatie in Betondorp langzaam maar zeker onhoudbaar. Dit leidt er toe dat de heer Tokkie uit Kouterstraat 8 vragen stelt aan de heer Jacobse, voorzitter van de VVD-fractie. Wat gaat deze doen aan de overlast die de bewoners ondervinden? Jacobse antwoordt op 1 augustus 1970 in het Parool. Zijn oplossing is rigoreus.

De enige wezenlijke oplossing? Ajax met het begin van het nieuwe seizoen naar het Olympisch Stadion, de enige Amsterdamse accomodatie, die geschikt is voor voetbal op Europees topniveau en de daarbij behorende publieke belangstelling.

Categorieën
Geschiedenis Geschiedenis 1961-1970

Weekblad Betondorp

Speciaal voor Betondorp verschijnt in november 1970 het eigen Weekblad Betondorp, een uitgave van de Amstellandpers die bijvoorbeeld ook De Nieuwe Diemer uitgeeft. In eerste instantie wordt het blad in een oplage van 5.500 exemplaren huis aan huis verspreid. Het lukte ons tot nu toe niet te achterhalen hoe lang dit weekblad in de lucht is geweest. Het laatste nummer dat het IISG in huis heeft is uit 1995. Misschien heeft iemand nog een oud nummer thuis liggen? Wij houden ons hiervoor van harte aanbevolen…!

Het Weekblad Betondorp zoals dat bij het IISG ligt heeft in ieder geval niets met Betondorp te maken. Het is een advertentieblad gericht op Diemen en Duivendrecht. Er komt geen één advertentie betreffende Betondorp voor en in slechts één artikeltje van een paar regels wordt het dorp genoemd, als meest bejaarden buurt van heel Amsterdam…