Wordt Betondorp gesloopt?

In 1979 is de bouwkundige toestand van Betondorp slecht. Sinds halvewege de jaren zestig zijn er steeds groter wordende problemen gaan optreden, die met name gebaseerd zijn op scheurvorming in het beton. De verslechtering van de fysieke toestand van de gebouwen in Betondorp leidt er onder andere toe dat de bibliotheek op de Brink er al jaren dichtgetimmerd bij staat.

Er gaan steeds meer geluiden op dat Betondorp gesloopt moet worden, en vervangen door nieuwe woningbouw. PvdA-raadslid Dienaar trekt bij de Amsterdamse gemeenteraad aan de bel. Is het inderdaad waar dat Betondorp gesloopt zal worden, of behoort restauratie ook tot de mogelijkheden. Dat zal echter veel geld kosten. De PvdA-er wil duidelijkheid van de raad.

Koperen jubileum

Het koperen priesterschap van pater Vriens wordt in 1937 uitbundig gevierd in Betondorp. De Tijd doet er verslag van.

Feest in het Betondorp

Op waarlijk grootsche wijze is op Tweeden Kerstdag het koperen priesterfeest gevierd van rector A. Vriens, van de hulpkerk in het Tuindorp Watergraafsmeer. Vrijwel alle parochianen naderden onder de Morgenmissen tot intentie van den jubilaris tot de H. Tafel. Om half elf droeg de jubilaris aan ’t rijk versierde altaar een plechtige H. Mis op met assistentie van pater J. Menken M.S.F., als diaken en pater G. Schoot M.S.F., als subdiaken, terwijl het versterkt zangkoor onder leiding stond van pater van Kampenhout M.S.F. Tijdens deze plechtigheid, waarbij de hoogeerw. pater Provinciaal, A. van Kouwenhoven uit Tilburg, pastoor J.C. Groot uit Nederhorst den Berg, de ouders en de familie van den jubilaris aanwezig waren, werd de feestpredikatie gehouden door pater J. Menken M.S.F., die naar aanleiding van den tekst: “Eert God uit geheel uw hart en vereert Zijn priesters”, de verhevenheid van het priesterschap op welsprekende wijze schilderde.

Van twaalf uur tot half twee was er in de Burchtzaal van de Kruisvaart een drukbezochte receptie, waarbij vrijwel alle parochianen hun herder kwamen gelukwenschen en die, behalve door verschillende geestelijken uit de stad, ook bezocht werd door plebaan F. Filbry uit Haarlem. Om half vijf celebreerde de jubilaris een kort Lof, daarbij geassisteerd door pater provinciaal A. van Kouwenhoven M.S.F. en pater P.C. Honouth M.S.F. als diaken en subdiaken.

De feestdag werd besloten in het R.K. Vereenigingsgebouw te Duivendrecht, waar de zaal reeds om half acht geheel was gevuld en velen zich met een staanplaats moesten vergenoegen. Voorafgegaan door de jongens van de Kruisvaart en het feestcomité betraden de jubilaris en de overige priesters de zaal, waar hun het welkomstlied tegenklonk. Een woord van inleiding werd gesproken door den voorzitter van het feestcomité, den heer J. Westerbeek. Spr. verwelkomde de paters en de familieleden en bedankte ten slotte pater Menken voor de schitterende feestrede van dien morgen. Vervolgens werden eenige nummers ten gehoore gebracht door het R.K. Mannenkoor “Zang en Vriendschap” te Diemen, onder leiding van den heer P.J. Schneider, welke met daverend applaus werden beloond.

Het woord werd daarna gevoerd door den heer Tromp namens het college van collectanten, door den heer Harmse namens het zangkoor, door den heer Höhmann namens de Centrale Volksbank, den heer Boersma namens den R.K. Volksbond en ten slotte door den heer Koster namens de R.K. Kiesvereeniging en de Propagandaclub. Alle sprekers brachten dank aan den rector voor alles, wat hij den bewoners had geschonken en allen gacen uiting aan hun diepe vereering voor de hooge waardigheid van het piesterschap.

Na de pauze volgden nog een tweetal tooneelstukjes: “De werkster”, door de meisjes van de Mariacongregatie en “Jas no. 1,2,3”, door enkele heeren van de St. Vincentiusbibliotheek. Beide stukjes werden vlot gespeeld, en de speelsters en de spelers hadden dan ook een ovatie in ontvangst te nemen. Ruim half twaalf eindelijk was het slotwoord aan den jubilaris, die allen hartelijk dank bracht voor de hem gebrachte hulde, alle medewerkers en medewerksters in het bijzonder voor de vele moeite, die zij zich hadden getroost en nadat allen staande het “Aan U, o Koning der Eeuwen”, hadden gezongen, werd deze bijzonder goedgeslaagde avond gesloten. Wat betreft de geschenken, van de parochie ontving de jubilaris zes bronzen kandelaars (thans in totaal tien) en twee bronzen wierookvaten en van het college van collectanten een bronzen expositietroon, een en ander bijzonder fraaie werkstukken van den jongen edelsmid Bob Anink.

Pater Schoot gaat naar Chili

In november 1938 vindt in de katholieke noodkerk in Betondorp het afscheid plaats van pater Schoot, die per 2 december naar de missie in Chili zal vertrekken. De Tijd doet hier verslag van.

Pater Schoot M.S.F. neemt afscheid

Treffende plechtigheid in de parochie van de H. Familie

In het tot in het uiterste hoekje gevuld kerkgebouw van de H. Familie in het Betondorp heeft Zondag een treffende plechtigheid plaats gehad. Pater Schoot, die 2 December a.s. naar de missie in Chili vertrekt, heeft afscheid genomen van zijn zoo geliefde parochianen, waar hij ruim drie jaar met een echten missie-ijver heeft gearbeid.

Des morgens om half tien droeg de scheidende missionaris de plechtige Hoogmis op, waarbij hij werd geassisteerd door rector A.J. Vriens en pater F. van Kampenhout, resp. als Diaken en Sub-diaken. Na het Evangelie betrad pater Schot den preekstoel, om voor het laatst de parochianen van het Betondorp toe te spreken om hen te bedanken voor de volgzaamheid en de eendrachtige samenwerking. Het valt mij zwaar, aldus spr., om van u heen te gaan, maar het is de wil van hooger hand. Moogt gij mij in uwe gebeden blijven gedenken, opdat ik daardoor gesterkt zal worden om mijn zware taak naar behooren te vervullen, ter eere van God en tot heil van de zielen.

Des middags had in een der zalen van de burcht te receptie plaats. Vele parochianen en oud-parochianen waren samen gekomen om van pater Schoot persoonlijk afscheid te nemen. De heer J. Westerbeek, kerkmeester en voorzitter van het feestcomité, overhandigde uit naam van de geheele parochie een schitterende kelk, vervaardigd door den edelsmid Bob J.H. Anink. Het koor van de meisjescongregatie, waarvan pater Schoot directeur was, zong onder leiding van pater F. van Kampenhout den vertrekkenden missionaris het “Vaarwel o gouden Zonne” toe, waarna een der congreganisten de gevoelens van de afdeeling vertolkte. Pater Schoot bracht dank aan allen bij bijgedragen hadden tot dit mooie geschenk, want met dezen kelk wordt elken dag de gedachte aan de Betondorpers levendig gehouden.

Met dezelfde assistentie als des morgens celebreerde pater Schoot het plechtig lof, waaronder rector A.J. Vriens de afscheidspredikatie hield. Welk een heerlijke taak, aldus spr., gezonden te worden naar een land, waar duizenden zielen snakken naar geestelijk voedsel. In Chili zult gij uw missie-arbeid beginnen met nieuwen moed en zelfopoffering, maar wat gij voor de pastorie hebt gedaan, zullen wij nimmer vergeten. In die drie jaren hebt gij tientallen tot de kerk terug gebracht, terwijl gij voor velen niet alleen een priester, maar ook een goede raadsman waart. Moge een zegenrijke missie-oogst de belooning zijn, zoo besloot spr., voor het vele werk dat gij voor onze parochie gedaan hebt.

Terwijl een afscheidslied, waarvan pater Kampenhout de woorden gemaakt had werd gezongen, schreed de scheidende missionaris, zichtbaar ontroerd door de vele blijken van hartelijk medeleven, tusschen een haag van St. Jansknapen en Kruisvaarders de kerk uit. Het was een treffende plechtigheid, die op velen een diepen indruk maakte.

Schoot vertrekt inderdaad naar Chili en verblijft daar geruime tijd. Het laatste wat wij van hem terugvonden was een bericht dat hij in 1959 nog in Chili werkzaam was. Wat er daarna met pater Schoot gebeurde wisten wij niet meer te achterhalen en we houden ons van harte aanbevolen voor nadere inlichtingen.

Zilveren jubileum

In 1950 viert pastor Vriens zijn 25-jarig priesterjubileum. Dit wordt besproken in de Maasbode van 12 juni 1950.

Pastoor Vriens in ’t zilver

Nadat de zeereerwaarde pater A. Vriens M.S.F., pastoor van Amsterdams jongste parochie, die van de H. Familie in Tuindorp Watergraafsmeer (Betondorp) verleden week Dinsdag in de kring van zijn familie zijn zilveren priesterfeest had gevierd, kregen Zaterdag en Zondag de parochianen de kans om hun herder te huldigen. En daar hebben zij veel werk van gemaakt.

Aan de vooravond werd de pastoor in zijn parochie ingehaald door de volledige jeugdbeweging van de parochie. Aan de kerk werd de jubilaris ontvangen door een lange rij priesters, misdienaars en bruidjes, die hem naar het priesterkoor leidden, waar de jubilaris, na een welkomstwoord van pater J. Menken, één der kapelaans een plechtig Lof celebreerde.

Overvol was de kleine noodkerk bij de plechtige Hoogmis, die pastoor Vriens Zondagmorgen opdroeg met assistentie van de hoogeerw. pater A. Reyers, provinciaal van de Missionarissen van de H. Familie.

Tijdens de zeer drukke receptie werd de pastoor ’s middags namens de parochianen een som gelds aangeboden voor de nieuwe kerk, waarvan men in het najaar met de bouw hoopt te mogen beginnen. Het kreeg een wel zeer muzikaal slot toen ’s avonds twee muziekcorpsen, “St. Gregorius” uit Duivendrecht en de neutrale harmonie T.W.M. uit “de Meer”, de jubilaris een serenade kwamen brengen.

Vriens is sinds 1936 rector van de noodkerk in Betondorp, en sinds 1948 pastoor van de zelfstandige parochie die dan door de Haarlemse bisschop Huiberts in Betondorp wordt opgericht.

Pastoor Vriens start de Open Deur

In 1944 voelt de pastoor van Betondorp, pater Adrianus J. Vriens, zich opgesloten in Betondorp. Vriens is sinds 1936, samen met zijn assistent pater Fr. A. Kampenhout in het dorp benoemd met als vooruitzicht dat hij na de opstartperiode uitgezonden zal worden naar de missie. Maar vanwege de oorlog is dat al geruime tijd onmogelijk. Vriens klaagt zijn nood bij de bisschop van Haarlem, Johannes Petrus Huibers, die hem suggereert om als alternatief, missionair in Amsterdam te gaan optreden. Het idee laat Vriens niet los en leidt tot oprichting van een pastorie voor niet-katholieken, “Open Deur”, die zich in eerste instantie vestigt op de Heiligeweg en later ook op de Hoofdweg en op Linnaeushof 44.

Open Deur is een succes en de operatie wordt geleidt door zeven paters van de Congregatie van de Heilige Familie, waar het witte kerkje in Betondorp ook bij hoort. Er vinden conferenties met dominees plaats, er zijn allerlei cursussen, honderden mensen worden voorbereid voor het Heilig Doopsel en het spraakmakende boek van de gereformeerd theoloog Berkouwer wordt besproken, Conflict met Rome.

Het succes van Open Deur, dat ook in andere steden in Nederland wordt nagevolgd, maakt het verblijf in Nederland voor pater Vriens blijkbaar dragelijker, want hij blijft in totaal maar liefst 25 jaar aan de parochie in Betondorp verbonden en zal ook later Nederland niet meer verlaten. Vriens overlijdt uiteindelijk in 1979 op 83-jarige leeftijd. Pater Kampenhout wordt minder oud. Hij verwisselt al in 1957 op slechts 56-jarige leeftijd het tijdelijke met het eeuwige.

Het witte kerkje geconsacreerd

Uit de Volkskrant van 29 augustus 1952

H. Familiekerk geconsacreerd

Amsterdam, 28 Aug. – Nadat reeds Woensdagavond de bisschop van Haarlem, mgr. J.P. Huibers, die vandaag de nieuwe kerk, toegewijd aan de H. Familie, aan de Zaaiersweg heeft geconsacreerd, feestelijk door de katholieke georganiseerde jeugd en door de harmonie “Tuindorp Watergraafsmeer” was ingehaald en het kerkkoor hem in het nieuwe Godshuis hulde had toegezongen, heeft de bisschop hedenmorgen, omstuwd door tal van geestelijken en parochianen van Betondorp, met zinrijk ceremonieel de uitvoerige plechtigheid der kerkconsecratie verricht.

De liturgische handelingen vonden hun bekroning in het door mgr. Huibers opgedragen plechtige Misoffer, waarbij eveneens de parochieherder, pater A. Vriens M.S.F., assisteerde. In een korte toespraak lichtte de bisschop de betekenis der kerkconsecratie en de overbrenging der heiligen-relieken toe. Aan de gelovigen van de H. Familiekerk werd bij bisschoppelijk decreet één jaar aflaat verleend. Tijdens de ontvangst in de pastorie van de feestelijk bevlagde Betondorpparochie kwamen tallozen de geestelijkheid feliciteren met dit fraaie nieuwe kerkje.

Huurverhoging

In 1980 wordt er hard onderhandeld door Jan Schaeffer, de Amsterdamse wethouder, en Minister Blokland van Huisvesting en Ruimtelijke Ordening. De renovatie van Betondorp kost geld, erg veel geld, en het Rijk draagt bij. Voorwaarde is wel dat de huren in Betondorp omhoog gaan, gebaseerd op een redelijke marktwaarde. Jan Schaeffer op zijn beurt probeert er zoveel mogelijk voor de Amsterdamse huurders uit te halen.

Men wordt het uiteindelijk eens op een richtlijn per 1 juli 1983 voor de gerenoveerde Betondorpse woningen van fl. 271-314 voor woningen met gemiddeld 2,2 verblijfseenheden, en fl. 423 voor woningen met gemiddeld 4,5 verblijfseenheden. Daarbij komt nog de 6 % huurverhoging die in 1980 zal worden geheven. Daarmee stijgen de huren aanmerkelijk en moet de gemiddelde Betondorper de broekriem gaan aantrekken. Het is crisis, ook in Betondorp.

Dominik Sprenger

Vandaag, zaterdag 13 augustus 2022, is er weer een aflevering van het onvolprezen Brink op zaterdag. Deze keer een heel bijzondere, want met optreden van Dominik Sprenger.

Dominik is van beroep vooral gitaardocent, maar hij heeft een prachtige stem. Ga vooral kijken vandaag op de Brink, tussen 13 en 15 uur. Ook zijn er optredens van Lindy de Booij, het Brinkkoor en het koor Zeeburg Zingt. Wel zal het een beetje warm worden zaterdag: ongeveer 31 graden. Drink voldoende!

Scheurbuik

Volgens Gerard Reve in zijn boek Moeder en Zoon kregen de katholieke broeders die in de jaren dertig in de Rozenburgschool gevestigd waren bijzonder slecht te eten. Een anecdote.

Ik kon niet anders doen dan nog wat blijven nazitten. Bij het derde kopje dunne koffie – met melk en suiker, die ik beide al bij het eerste kopje was vergeten te weigeren – ging de vrouw mij nog snel vertellen wat haar over de congregaatsie in de vroegere Rozenburgschool bekend was. Ze stierven daar van gebrek, ze leden honger. Wat ze des winters bijvoorbeeld te vreten kregen? Andijvie uit het zout, Gerard, uit de Keulse pot, elke dag. Bestond dat nog, die manier van conserveren waarbij van de groente letterlijk niets overbleef dan een soort koestrontkleurige cellulose?

Van lieverlede hadden de broeders scheurbuik gekregen, haaruitval en raadselachtige builen. Door een samenloop van omstandigheden was er, mogelijk door een onderlinge vervangingsdienst van artsen die blijkbaar de geloofsbelijdenis overspande, aan het ziekbed van een broeder een niet-kantholieke arts verschenen. Deze ketter, scheurmaker of atheïst had eens geïnformeerd naar wat men zoal at en had tenslotte de van God gewilde koppeling van katholicisme aan scheurbuik niet willen inzien. “Die troep in ieder geval niet meer eten”, had hij gezegd. De broeders hadden daar wel oren naar, maar de abt wilde er niets van horen. Inderdaad was hij de enige die niets mankeerde, misschien door een aparte voorzieningheid Gods, misschien ook omdat hij de enige was die zich buiten de deur, op bruiloften, partijen en communie feestjes geregeld aan gewoon mensenvoedsel te buiten kon gaan.

Katholieken zijn weliswaar laffe mensen, die zich niet gauw tegen enig gezag durven verzetten, behalve als dit gezag zwak en humaan is, en een democratische tolerantsie voorstaat, maar de roomse lafheid van onze broeders, al hun schijterigheid bij elkaar gevoegd, resulteerde toch in een typies katholieke stoute jongens revolte: men besloot zich, buiten de abt om, in het geheim van de pekelandijvie in het vat te ontdoen, en loosde op één nacht de inhoud van alle keulse potten in één en dezelfde plee. De afvoer geraakte verstopt, en het riool moest tot buiten toe, onder het plaveisel van het Zuivelplein, door gemeentearbeiders worden opengebroken. “Ja, ja, het is toch wat.”

Kwetterende rovers

Op 2 april 1980 wordt postagentschap en sigarenwinkel op de Landbouwstraat, in beheer van Jan Jansen, bezocht door een grote groep mensen: Tohir R. en zes vrouwen. Deze personen zijn afkomstig uit Lelystad en zigeuner. Terwijl de winkelier afgeleid wordt door de rest van het gezelschap, sluipt een der vrouwen naar de kluis, weet deze te openen en gaat er met 56.000 gulden vandoor, waaronder 22.000 gulden privé-kapitaal van Jansen. Er volgt nog een korte schermutseling, waarbij de sigarenwinkelier zijn geld probeert terug te krijgen, maar de groep is snel buiten en ontsnapt. Een achtervolging samen met een nabije slager heeft kent geen resultaat. Wanneer Tohir R. later door de politie wordt aangehouden, is niets meer van de buit terug te vinden.

In deze tijd is de rechter mild. Dochter Luba, 18 jaar, die het geld uit het kluisje haalde, krijgt een straf van 16 weken tuchtschool, precies de periode van voorarrest, zodat zij direct weer vrijkomt. De overige dieven krijgen lagere straffen, zodat ook zij vanwege het voorarrest direct op vrije voeten komen. Het geld is en blijft verdwenen.