Uit De Noord-Ooster, 31 december 1930
Een chauffeur aangerand
De “Tel.” schrijft: Men zal zich nog wel herinneren, hoe aan het eind van Maart j.l. de taxichauffeur Vos, rijdende met een wagen van den Bond van Wergevers in het taxibedrijf, in de gemeente Diemen door onbekenden werd mishandeld. Een zelfde avontuur heeft de 51-jarige chauffeur Tjepkema van dezelfde maatschappij gehad, een avontuur, dat echter heel wat gunstiger afliep dan dat wat Vos meemaakte.
De chauffeur Tjepkema nu heeft aan de politie van het bureau Linnaeusstraat te Amsterdam, verklaard, dat hij op den eersten Kerstdagavond op de Stadhouderskade werd aangeroepen door twee jongelieden van ongeveer 25-jarigen leeftijd. Dit tweetal moest volgens hun mededeelingen naar Halfweg gereden worden. Dat deed Tjepkema, doch op den Haarlemmerdijk, even voor Halfweg, moest worden gestopt en toen trad een derde persoon den wagen binnen. Hij was ongeveer even oud als de anderen. De mannen lieten den chauffeur keeren en gaven nu order naar Weesp te rijden. De wagen reed den Haarlemmerweg weer terug, ging Amsterdam door en de laatste straat van de stad was de Middenweg. Ter hoogte van het Betondorp tikte een der passagiers aan de voorruit, deed het portier open en verklaarde, dat hij wilde afrekenen. De chauffeur zette zijn meter op betalen, toen hij – naar hij verklaarde – achterover werd getrokken. Een der reizigers had hem bij de schouders gegrepen en achterover getrokken. Op dat oogenblik werd hij bewusteloos. Op welke wijze dat gebeurde, vermocht Tjepkema niet te ontraadselen. Het kan door een bedwelmenden geur geweest zijn, doch ook tengevolge van een slag. Ofschoon de behandeling zeer ruw was, kon geen buil of schram op zijn lichaam ontdekt worden.
Toen het slachtoffer bijkwam, lag hij op het trottoir nabij een boom. De taxi was weg en later kwam de man tot de ontdekking, dat ook zijn portemonnaie verdwenen was. Deze had ongeveer f 15 ingehouden. Later is de verdwenen taxi teruggevonden aan de Oudekerkerlaan nabij Duivendrecht. Geconstateerd werd dat de voorbumper licht beschadigd was. Tjepkema beweert, dat toen hij den wagen reed, die beschadiging er nog niet was. De auto is voorloopig door de politie vastgehouden. Het is echter wel zeer twijfelachtig of zij er sporen op zal aantreffen.
Ofschoon het verhaal van den overval fantastisch is, bestaat er geen reden, om aan de verklaringen van den chauffeur te twijfelen. De politie tracht thans te weten te komen of er lieden zijn, die tegen middernacht een taxi op den Middenweg ter hoogte van Betondorp hebben zien staan. Misschien heeft een of andere bestuurder van buslijn A of van de Gooische Tram den wagen gezien.
De politie heeft, in verband met de mededeeling, dat Tjepkema geruimen tijd aan den kant van den weg heeft gelegen, zijn kleding nagekeken. Hoewel het regenachtig weer is geweest, waren geen moddersporen op de jas te zien. Een signalement kan hij niet opgeven. De chauffeur, die na het gebeurde over hoofdpijn klaagde, heeft zich ziek gemeld.